therapie actueel

‘Therapeutic drug monitoring’ van tyrosinekinaseremmers: precisiegeneeskunde nog doeltreffender

NTVO - 2015, nummer 7, november 2015

dr. R. ter Heine , dr. A.D.R. Huitema , prof. dr. R.H.J. Mathijssen , dr. E.M. van Maarseveen , dr. M.M. Malingre , dr. D. de Wit , dr. S.K. Klein , dr. N.P. van Erp

Samenvatting

De introductie van tyrosinekinaseremmers heeft een revolutie veroorzaakt in de behandeling van patiënten met solide en hematologische tumoren. Deze middelen worden veelal poliklinisch, chronisch en in een vaste standaarddosering gegeven. Dit is praktisch voor voorschrijver en patiënt, maar mogelijk niet de optimale manier van behandelen: door tal van oorzaken kunnen de geneesmiddelconcentraties in het bloed variëren, met mogelijk onderbehandeling of toxiciteit als gevolg. Een bij al veel andere middelen ingeburgerde methode om de dosis te individualiseren en daarmee therapie te verbeteren is het zogenoemde ‘therapeutic drug monitoring’ (TDM). Aan de hand van bloedspiegelbepalingen worden dosisaanpassingen gemaakt. In dit artikel geven we de stand van zaken aan betreffende de rol van TDM van tyrosinekinaseremmers en geven we een handreiking voor het uitvoeren ervan. Ahoewel prospectief bewijs ontbreekt, heeft TDM de potentie om precisiegeneeskunde nog doeltreffender te maken.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2015;12:267–76)

Lees verder

Nieuwe therapeutische mogelijkheden voor de behandeling van gemetastaseerd prostaatcarcinoom

NTVO - 2015, nummer 6, september 2015

dr. A.M. Bergman

Samenvatting

Het aantal behandelmogelijkheden voor gemetastaseerd castratieresistent prostaatcarcinoom is de afgelopen jaren belangrijk toegenomen. Cabazitaxel, abirateron, enzalutamide en radium-223 zijn aan docetaxel toegevoegd als middelen waarvan een overlevingswinst is aangetoond. Al deze middelen zijn echter onderzocht direct na falen op docetaxelbehandeling. Bovendien is van abirateron- en enzalutamidebehandeling een overlevingswinst aangetoond bij patiënten die nog niet met chemotherapie waren behandeld en er is plaats voor docetaxel bij geselecteerde hormoongevoelige prostaatkankerpatiënten. Helaas zijn er nog weinig gegevens beschikbaar die zouden kunnen helpen bij het maken van een keuze van een behandeling voor een individuele patiënt.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2015;12:225–31)

Lees verder

Nieuwe medicamenten voor patiënten met uitgezaaid melanoom ook van belang voor chirurgen

NTVO - 2015, nummer 5, august 2015

prof. dr. O.E. Nieweg

(NED TIJDSCHR ONCOL 2015;12:185–6)

Lees verder

Nieuwe ontwikkelingen bij de behandeling van het uitgezaaide melanoom

NTVO - 2015, nummer 5, august 2015

prof. dr. J.B.A.G. Haanen , prof. dr. C.U. Blank , dr. H. van Thienen

Samenvatting

Op 3 niveaus zijn er ontwikkelingen bij de behandeling van het hematogeen gemetastaseerde melanoom. Voor patiënten met een BRAF-V600-gemuteerd melanoom zijn er nieuwe behandelingsmogelijkheden met de combinatie van een BRAF-remmer en MEK-remmer. Deze combinatie leidt tot hogere kans op tumorregressie en betere progressievrije overleving en waarschijnlijk ook totale overleving. Op het gebied van immuuntherapie zijn de resultaten van het gebruik van PD-1-blokkerende antilichamen zeer hoopvol. Zowel in eerste als tweede lijn wordt een hoge kans op respons gezien en lijkt ook de totale overleving ten opzichte van ipilimumab of chemotherapie beduidend beter. Voorts zijn de resultaten van de combinatie ipilimumab en nivolumab indrukwekkend en aanzienlijk beter dan ipilimumab alleen. De derde ontwikkeling ligt bij de T-celtherapie. Behandeling met tumorinfiltrerende lymfocyten wordt in Nederland in een gerandomiseerd onderzoek vergeleken met ipilimumab en zou wellicht een geregistreerde behandeling kunnen worden. In de toekomst zullen er vele combinatiebehandelingen worden getest. De uitdaging is voor elke combinatie een goede rationale te vinden.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2015;12:187–93)

Lees verder

Levertransplantatie voor primair Leverkanker

NTVO - 2015, nummer 4, june 2015

dr. C.M. den Hoed , prof. dr. R.A. de Man , prof. dr. J.N.M. IJzermans , prof. dr. H.J. Metselaar , dr. D. Sprengers

Samenvatting

Wereldwijd staat primair leverkanker hoog op de lijst van veelvoorkomende kankersoorten en het heeft vaak een slechte prognose. De primaire curatieve behandeling voor leverkanker is chirurgie. Partiële leverresectie en levertransplantatie zijn voor een geselecteerde groep patiënten geschikte curatieve behandelingen. Voor het hepatocellulair carcinoom en perihilair cholangiocarcinoom zijn er richtlijnen en criteria die duidelijk omschrijven wanneer een patiënt voor levertransplantatie in aanmerking komt. In het geval van zeldzamere maligne levertumoren zijn deze richtlijnen er niet. Toch kan levertransplantatie dan een mogelijkheid zijn. Het is van belang om in een vroeg stadium een centrum met veel ervaring te betrekken bij de diagnostiek en behandeling van primaire maligne leverziekte.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2015;12:152–9)

Lees verder

Effect van metformine op de overleving van patiënten met een colorectaal carcinoom in de dagelijkse praktijk

NTVO - 2015, nummer 2, march 2015

dr. M.M.J. Zanders , ir. P.A.J. Vissers , dr., ir. M.P.P. van Herk-Sukel , prof. dr. H.R. Haak , prof. dr. L.V. van de Poll-Franse

Samenvatting

In de afgelopen jaren is de interesse in metformine als antikankermiddel sterk gestegen. Dit medicijn, frequent voorgeschreven aan patiënten met diabetes, lijkt namelijk een beschermend effect te hebben op de sterfte van kankerpatiënten. Echter, vandaag de dag begrijpen we dat veel van de voorgaande observationele studies, die vaak (extreem) grote beschermende effecten van met-formine rapporteerden, verschillende beperkingen hadden. In dit artikel wordt een overzicht gegeven van de beperkingen van het gebruik van gegevens uit de dagelijkse praktijk. Tevens zullen de veelvoorkomende methodologische beperkingen van farmaco-epidemiologische studies worden besproken. Rekening houdend met de besproken beperkingen, is recentelijk het effect van metformine op de totale sterfte van Nederlandse patiënten met een colorectaal carcinoom onderzocht met behulp van gegevens uit de dagelijkse praktijk. In deze studie lijkt het gebruik van metformine geen effect te hebben op de sterfte, maar metforminegebruikers hadden wel een lager risico op sterfte dan gebruikers van sulfonylureumderivaten, wat suggereert dat metformi-negebruikers gunstigere prognostische factoren hadden. We kunnen concluderen dat er op dit moment geen eensluidend bewijs is dat metformine een gunstig effect heeft op de overleving van kankerpatiënten. Methodologisch sterke observationele studies of gerandomiseerde onderzoeken zijn nodig om het effect van metformine op de sterfte van kankerpatiënten nader te evalueren.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2015;12:58–65)

Lees verder

Ontwikkelingen in de systemische behandeling van gastro-intestinale stromaceltumoren

NTVO - 2015, nummer 1, february 2015

drs. M.C. Verboom , prof. dr. A.J. Gelderblom

Samenvatting

De behandeling van gevorderde gastro-intestinale stromaceltumoren (GIST) kent inmiddels 3 lijnen tyrosinekinaseremmers: imatinib, sunitinib en regorafenib. Deze middelen grijpen intracellulair aan op receptoren, zoals KIT en PDGFRα, die door een mutatie voor permanente celdeling zorgen. Sunitinib en regorafenib remmen ook de angiogenese. Imatinib en sunitinib zijn al langer geregistreerd voor gevorderde GIST en in juli 2014 is ook regorafenib geregistreerd. De ontwikkeling van nilotinib is na een negatieve fase 3-studie gestaakt. In dit overzichtsartikel wordt de ontwikkeling van deze middelen voor GIST besproken, evenals resistentiemechanismen ertegen. Daarnaast worden nieuwe ontwikkelingen in de systemische therapie uiteengezet en klinische studies met GIST-patiënten toegelicht, die nu of binnenkort in Nederland worden uitgevoerd.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2015;12:23–9)

Lees verder