NTVO - 2013, nummer 5, august 2013
dr. M.C.C.M. Hulshof , drs. J.G. Reinders , dr. A. van der Gaast
De standaardbehandeling voor een medisch inoperabel of technisch irresectabel slokdarmcarcinoom is definitieve chemoradiatie. Hiermee kan een langetermijnoverleving van 25% worden bereikt. Locoregionale recidieven komen echter frequent voor (45–55%) en geven aanleiding tot veel en niet goed behandelbare klachten, en hebben waarschijnlijk ook een impact op de overleving. De Art Deco-studie onderzoekt in een gerandomiseerde opzet de waarde van een radiotherapiedosisescalatie van 50,4 Gy (standaardgroep) naar 61,6 Gy (experimentele groep), met een concomitante boosttechniek, waarbij de chemotherapie gelijk wordt gehouden in beide groepen (carboplatine en paclitaxel).
(NED TIJDSCHR ONCOL 2013;10:210–2)
Lees verderNTVO - 2013, nummer 4, june 2013
dr. S.E. Korsse , dr. F.A.L.M. Eskens , drs. B.A.J. Bastiaansen , prof. dr. E.J. Kuipers , prof. dr. E.M.H. Mathus-Vliegen , prof. dr. E. Dekker , dr. P. Dewint , dr. H.J. Klümpen
Het peutz-jeghers-syndroom (PJS) wordt gekenmerkt door gastro-intestinale poliepen en een verhoogd kankerrisico. Dit zeldzame syndroom wordt veroorzaakt door een kiembaanmutatie in het LKB1-gen. Inactivatie van LKB1 zorgt voor upregulatie van mTORC1, een eiwit betrokken bij tumorgroei. In-vitroen in-vivostudies hebben aangetoond dat mTORremming een gunstig effect heeft op PJS-geassocieerde poliepen en carcinomen. In de EVAMP-studie wordt onderzocht of everolimus een effectieve behandeling kan zijn voor patiënten met het peutzjeghers-syndroom.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2013;10:165–7)
Lees verderNTVO - 2013, nummer 3, may 2013
prof. dr. C.R.N. Rasch
Chemoradiatie is de standaardbehandeling voor gevorderde hoofd-halscarcinomen. Zowel cetuximab als cisplatine met bestraling zijn, alhoewel nooit direct vergeleken, gelijkwaardig in effectiviteit. Beeldvorming van radioactief gelabeld cetuximab bij hoofd-halstumoren is mogelijk. Onder de hypothese dat een lage opname van cetuximab een lage effectiviteit betekent, test de ARTFORCE-studie voor gevorderde hoofd-halstumoren deze hypothese in een gerandomiseerde fase II-studie met 268 patiënten in Zweden, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Spanje en Nederland. Tevens zal in een tweede randomisatie een hogere dosis op de tumor zonder extra belasting voor de normale weefsels tegen normale chemoradiotherapie worden getest. De studie is open in het Antoni van Leeuwenhoek Ziekenhuis. Andere partners zullen na goedkeuring van de medisch ethische commissie volgen.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2013;10:122–6)
Lees verderNTVO - 2013, nummer 2, march 2013
dr. M.H. Oonk , prof. dr. A.G.J. van der Zee
In 2008 hebben de resultaten van de GROINSS-V-I-studie geleid tot de introductie van de schildwachtklier-procedure in de behandeling van het vroegstadium-vulvacarcinoom. Patiënten met een negatieve schildwachtklier ondergaan niet langer een inguinofemorale lymfadenectomie, wat heeft geleid tot een aanzienlijke afname van de morbiditeit van de behandeling bij deze patiënten. Verder onderzoek wordt momenteel verricht naar radiotherapie als alternatief voor een inguinofemorale lymfadenectomie bij patiënten met een positieve schildwachtklier. De resultaten van deze studie (GROINSS-V-II) worden eind 2017 verwacht.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2013;10:77–9)
Lees verderNTVO - 2013, nummer 1, february 2013
dr. B. van Elten , prof. dr. G.A.P. Hospers , prof. dr. C.A.M. Marijnen , prof. dr. C.J.H. van de Velde
De overleving van patiënten met een lokaal uitgebreid rectumcarcinoom na een optimale lokale behandeling wordt hoofdzakelijk bepaald door het optreden van metastasen op afstand. In tegenstelling tot het coloncarcinoom laat adjuvante chemotherapie bij het rectumcarcinoom geen verbetering in overleving zien.1 De ‘Rectal cancer And Pre-operative Induction therapy followed by Dedicated Operation’ (RAPIDO)-studie onderzoekt of kortdurende bestraling gevolgd door langdurige chemotherapie vóór de operatie de overleving van deze patiëntengroep kan verbeteren.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2013;10:39–41)
Lees verderNTVO - 2012, nummer 8, december 2012
dr. C.S. Schouten , prof. dr. J.A. Castelijns , dr. O.S. Hoekstra , prof. dr. C.R. Leemans , prof. dr. R. de Bree
De REACTION-studie, waarin centra van de Nederlandse Werkgroep Hoofd-Halstumoren (NWHHT) participeren, is een prospectieve observationele multicentrumstudie naar de waarde van 18FDG-PET-CT en (DWI-)MRI bij de evaluatie van respons na chemoradiatie van vergevorderde orofarynxcarcinomen, om onnodige routinematig uitgevoerde onderzoeken onder narcose te voorkomen zonder residu tumor te missen. Modelmatig worden verschillende strategieën vergeleken. Patiënten worden geselecteerd voor een onderzoek onder narcose op basis van 1) 18FDG-PET-CT, 2) (DWI-)MRI, 3) 18FDG-PET-CT en (DWI-)MRI en 4) geen beeldvormend onderzoek. Hiernaast worden van de verschillende strategieën de kosten, de kwaliteit van leven en het perspectief van de patiënt bestudeerd.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2012;9:368–71)
Lees verderNTVO - 2012, nummer 7, november 2012
prof. dr. J.H.W. de Wilt , prof. dr. M. Koopman
Het voordeel van een resectie van de primaire tumor bij patiënten met synchroon gemetastaseerde, nietresectabele dikkedarmtumoren is niet bekend. Resultaten uit de literatuur zijn gebaseerd op voornamelijk retrospectieve analyses met daardoor een bias in de selectie van patiënten. Bij patiënten met weinig of geen klachten van de primaire tumor worden zowel argumenten voor als tegen een resectie van de primaire tumor genoemd. Er is dan ook een dringende behoefte aan een prospectieve gerandomiseerde studie die deze klinisch zeer relevante vraag onderzoekt. In de CAIRO 4-studie van de ‘Dutch Colorectal Cancer Group’ zullen in totaal 360 patiënten worden gerandomiseerd tussen palliatieve systemische therapie met of zonder resectie van de primaire tumor. Het primaire eindpunt is de totale overleving met als hypothese een overlevingsvoordeel van 6 maanden bij patiënten waarbij de primaire tumor wordt verwijderd voorafgaand aan de start met systeemtherapie.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2012;9:324–9)
Lees verder