NTVO - 2020, nummer 3, may 2020
dr. P.J. Tanis , dr. M. Intven
In 2017 is gestart met een revisie van de richtlijn colorectaal carcinoom op initiatief van de Nederlandse Vereniging voor Heelkunde en ondersteund door het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten. Het betreft een grote multidisciplinaire richtlijn over een veelvoorkomende oncologische aandoening met een groot dynamisch onderzoeksveld. Bij deze revisie is een volledige nieuwe start gemaakt, waarbij de richtlijn is klaargemaakt voor efficiënte toekomstbestendige modulaire updates. Het vaststellen van een nieuwe werkwijze met alle betrokkenen heeft relatief veel tijd gekost, waardoor de eerste versie van de nieuwe richtlijn pas in november 2019 is gepubliceerd in de richtlijnendatabase. In deze versie is de meerderheid van de modules nog niet uitgewerkt. Deze modules bevatten alleen nog maar de oude aanbevelingen indien die door de werkgroep nog als actueel werden beschouwd. In de wel geactualiseerde modules is in vergelijking met eerdere versies van de richtlijn veel aandacht voor individualisering van de diagnostiek en behandeling van het colorectaal carcinoom en het beperken van de vroege en late gevolgen van de behandeling. De huidige werkgroep blijft de komende jaren actief om de resterende modules uit te werken. Daarnaast zal door middel van modulaire updates kunnen worden ingespeeld op nieuwe ontwikkelingen, waarbij wordt gestreefd naar een doorlooptijd tot autorisatie van ongeveer zes maanden. Hiermee zal de richtlijn nauw blijven aansluiten bij de dagelijkse praktijkvoering.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2020;17:100–2)
Lees verderNTVO - 2020, nummer 2, april 2020
dr. A. de Graeff , prof. dr. M.H.J. van den Beuken-Erverdingen , dr. M.J.M.M. Giezeman , drs. H.M. Klaren-Florijn , B. Kramp , drs. M.J.M. Martens , drs. M.J. Oortman , drs. P. Oosterhof , prof. dr. A.K.L. Reyners , M.A.S. Schielke , drs. M.C. Sieders , dr. M.F.M. Wagemans , drs. M.G. Gilsing , drs. I. van Trigt
De richtlijn ‘Diagnostiek en behandeling van pijn bij patiënten met kanker’ (laatste versie 2015) is in 2019 modulair herzien en samengevoegd met de richtlijn ‘Pijn in de palliatieve fase’. De leden van de werkgroep zijn gemandateerd namens diverse wetenschappelijke, beroeps- en patiëntenverenigingen. De modules over nietmedicamenteuze behandeling, medicamenteuze behandeling, invasieve behandeling en speciale patiëntengroepen zijn ‘evidence-based’ herzien. Sommige andere ‘consensus-based’ modules zijn herzien of nieuw toegevoegd. In dit artikel wordt een kort overzicht gegeven van de meest relevante veranderingen, nieuwe modules en belangrijkste aanbevelingen van de nieuwe richtlijn.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2020;17:66–9)
Lees verderNTVO - 2019, nummer 8, december 2019
prof. dr. J.W. Wilmink , drs. J. de Vos-Geelen , prof. dr. O.R. Busch
Ondanks dat het pancreascarcinoom een niet veel voorkomende maligniteit is (ongeveer 3% van alle kankers), zal het, door de stijgende incidentie, in combinatie met een slechte 5-jaarsoverleving van minder dan 5%, in 2030 de meest voorkomende kanker-gerelateerde doodsoorzaak zijn. De enige in opzet curatieve behandeling is chirurgische resectie in combinatie met adjuvante chemotherapie, maar bij presentatie blijkt minder dan 20% van de patiënten voor een operatie in aanmerking te kunnen komen. De afgelopen jaren is er gelukkig wel vooruitgang geboekt op het gebied van de behandeling van alvleesklierkanker. Naast uitbreiding van de chirurgische resectabiliteitscriteria is er een aantal actieve chemotherapieregimes waarbij de 1-jaarsoverleving is verbeterd van 2 naar 40%. Ook voor de adjuvante behandeling laten deze nieuwe regimes een overlevingsvoordeel zien. De oude richtlijn bestond nog uit 2011, zodat revisie moest plaatsvinden. Deze nieuwe richtlijn is via het Kennisinstituut van de Federatie Medisch Specialisten tot stand gekomen en inmiddels gepubliceerd. De revisie is uitgevoerd door een werkgroep bestaande uit afgevaardigden van alle wetenschappelijke en beroepsverenigingen betrokken bij de diagnostiek en behandeling van het pancreascarcinoom. Hoewel voor een chirurgische resectie de aard van de tumor in het peri-ampullaire gebied weinig uitmaakt, is er in verband met de chemotherapeutische verschillen bij deze richtlijn besloten alleen het pancreascarcinoom te behandelen.
Zie https://richtlijnendatabase.nl/richtlijn/pancreascarcinoom/startpagina.html.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2019;16:317–8)
Lees verderNTVO - 2019, nummer 6, september 2019
prof. dr. C.C.D. van der Rijt , dr. J.P. van den Berg , dr. M.E.W.J. Peters , drs. G. Hartvelt-Faber , prof. dr. J.A. Knoop , dr. H.T.H.J. Niekus , drs. M.J.D.L. van der Vorst , M. Verseveld MSc, A. Terpstra , M. Wals
De richtlijn ‘Vermoeidheid bij kanker in de palliatieve fase’ is in 2019 herzien door een richtlijnwerkgroep met gemandateerde leden namens diverse wetenschappelijke, beroeps- en patiëntenverenigingen. Aan de hand van de knelpuntenanalyse zijn zes uitgangsvragen geformuleerd die ‘evidence-based’ zijn uitgewerkt: psycho-educatie, psychosociale interventies, beweging/lichamelijke activiteit en medicamenteuze behandeling met corticosteroïden, psychostimulantia en antidepressiva. Andere onderwerpen zijn ‘consensus-based’ herschreven. De richtlijn focust op het ondersteunen van de patiënt en diens naasten bij het verminderen van vermoeidheid en het leren omgaan met vermoeidheid. In de herziene richtlijn is duidelijker gedefinieerd wie verantwoordelijk is voor de signalering van vermoeidheid. Psychosociale interventies en bewegingsinterventies worden geadviseerd voor patiënten in de vroeg-palliatieve fase wanneer psycho-educatie onvoldoende effect heeft of er een functionele beperking bij inspanning bestaat. Medicatie wordt alleen geadviseerd in de terminale fase.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2019;16:232–5)
Lees verderNTVO - 2019, nummer 4, june 2019
drs. T. van Vegchel , dr. C.H. Smorenburg , drs. D. Hairwassers , prof. dr. L.J. Boersma , dr. A.I.M. Obdeijn , dr. M.J.C. van der Sangen , dr. L.J.A. Strobbe , G.M. Smit-Hoeksma MANP., dr. A.H. Honkoop
In Nederland wordt jaarlijks bij ongeveer 15.000 vrouwen (en 120 mannen) de diagnose invasieve borstkanker gesteld en bij ongeveer 2.300 de diagnose in-situ-carcinoom. Borstkanker is in Nederland de meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen. Richtlijnen met betrekking tot borstkanker bestaan al geruime tijd in ons land. In 2000 verscheen allereerst de richtlijn over screening en diagnostiek. Twee jaar later, in 2002, volgde de eerste landelijke multidisciplinaire richtlijn voor de behandeling van borstkanker. In 2008 zijn de screenings- en behandelingsrichtlijn samengevoegd. De laatste volledige revisie van de richtlijn vond in 2012 plaats. Door alle nieuwe inzichten is enkele jaren geleden op initiatief van de NIV en het NABON en met ondersteuning van IKNL een revisietraject in vier delen gestart. Het laatste deel is op dit moment in de commentaarfase, de overige drie zijn reeds gepubliceerd. De revisie is uitgevoerd door een werkgroep bestaande uit afgevaardigden van meerdere wetenschappelijke en beroepsverenigingen, het NABON en Borstkankervereniging Nederland.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2019;16:144–5)
Lees verderNTVO - 2018, nummer 8, december 2018
dr. A. de Graeff , drs. E.B.L. van Dorst , dr. H.C.A.M. van Rijswijk , drs. R.W.M. Schrauwen , dr. M.W.J. Stommel , drs. B.J.P. Vis-Janssens de Varebeke , T. van Wijnen-van den Bogert , prof. dr. L. van Zuylen , B.C.M. Borggreve
De richtlijn ‘Ileus bij patiënten met kanker in de palliatieve fase’ is in 2018 herzien. De leden van de werkgroep zijn gemandateerd namens diverse wetenschappelijke, beroeps- en patiëntenverenigingen. Aan de hand van een knelpuntenanalyse zijn uitgangsvragen geformuleerd over chirurgie, stentplaatsing, maaghevel en medicamenteuze behandeling met octreotide en scopolaminebutyl. Deze uitgangsvragen zijn ‘evidence-based’ uitgewerkt. De andere onderdelen van de richtlijn zijn ‘consensus-based’ herzien. In dit artikel wordt een kort overzicht gegeven van de belangrijkste veranderingen en aanbevelingen van de richtlijn.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2018;15:302–5)
Lees verderNTVO - 2018, nummer 5, august 2018
drs. D.H.A. de Raaf , drs. J.J.F. de Groot , dr., ir. X.A.A.M. Verbeek , prof. dr. P.C. Huijgens
Hoe gebruikt een specialist de meest recent beschikbare kennis in zijn of haar behandeladviezen? En hoe worden alle richtlijnen up-to-date gehouden? Op vraag van en samen met pionierende medisch specialisten werkt Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) aan een efficiënte manier van onderhoud en implementatie van richtlijnen. Nieuwe behandelmogelijkheden voor steeds kleinere patiëntgroepen zijn beter te vatten in beslisbomen dan in klassieke richtlijnen. Beslisbomen kunnen daarom een belangrijke weergave zijn van richtlijnen. Digitale beslisondersteuning op basis van deze beslisbomen, genaamd ‘Oncoguide’, leidt op basis van patiënt- en tumorkenmerken naar passende behandelmogelijkheden. Deze behandeladviezen zijn ter ondersteuning van het multidisciplinair overleg (MDO) en gedeelde besluitvorming met de patiënt, waarin de context en voorkeuren van de patiënt worden meegewogen.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2018;15:189–93)
Lees verder