De eerstelijnsbehandeling van patiënten met hoog-stadium ovariumcarcinoom bestaat uit een combinatie van cytoreductieve chirurgie en chemotherapie. De standaardchemotherapie is carboplatine en paclitaxel. Primaire debulking gevolgd door chemotherapie is – indien mogelijk – momenteel de standaardbehandeling.1,2 Ondanks een hoge initiële respons op deze therapie, verdwijnt de effectiviteit van de behandeling na verloop van tijd en krijgt 85% van de patiënten op enig moment een recidief.3 Onderhoudsbehandeling met een PARP-remmer kan worden ingezet om te voorkomen dat ovariumcarcinoom recidiveert na een respons op de eerstelijnsbehandeling.