Poly-adenosinefosfaatpolymerase (‘poly-adenosin phosphate polymerase’; PARP)-inhibitoren (PARPi) blokkeren het specifieke eiwit PARP, dat kankercellen gebruiken om DNA-schade aan hun DNA te herstellen. PARPi zijn opgestaan als essentiële therapeutische middelen bij patiënten met ‘BReast Cancer’ (BRCA)-gen 1- en 2-gemuteerde borstkanker gezien deze genen eiwitten encoderen die essentieel zijn voor het homologe recombinatieherstel (‘homologous recombination repair’; HRR)-mechanisme van DNA.1 BRCA-mutaties kunnen erfelijke kiembaan (‘germline’; gBRCA) of spontaan opgetreden (somatische) mutaties zijn. Samen zijn gBRCA1/2 verantwoordelijk voor ongeveer 15–20% van erfelijke borstkanker en 3–8% van alle borstkanker. 2,3 In dit overzicht bespreken we de toepassing en effectiviteit van PARPi bij BRCA-gemuteerde borstkanker en potentiële andere toepassing van PARPi bij ander subtypen borstkanker met BRCA-achtige en HRR-genmutaties.