Samenvatting

Radiotherapie vormt naast chirurgie en chemotherapie 1 van de 3 pijlers voor de behandeling van kankerpatiënten. De totale stralingsdosis wordt doorgaans in kleine dagelijkse hoeveelheden gegeven (gefractioneerde bestraling). Om ervoor te zorgen dat de straling op de juiste plek terechtkomt, wordt de patiënt voorafgaand aan iedere bestraling zo nauwkeurig mogelijk gepositioneerd op de behandeltafel. Tot ongeveer 25 jaar geleden waren de hulpmiddelen voor het dagelijks nauwkeurig positioneren van de patiënt zeer beperkt. Om te compenseren voor positioneringsonzekerheden, zoals bewegende anatomie (ademhaling, orgaanvulling) en dagelijkse instelvariaties, worden zogenoemde veiligheidsmarges rondom de tumor gebruikt. Dit verzekert een voldoende hoge tumordosis, maar zo wordt wel meer gezond weefsel bestraald. Met de komst van beeldgeleide radiotherapie is de nauwkeurigheid van de radiotherapie verbeterd. Beeldgeleide radiotherapie maakt het mogelijk om de patiënt vlak voor of tijdens de bestraling af te beelden en vervolgens de positionering van de patiënt of de bestralingsconfiguratie hierop aan te passen. Het belangrijkste klinische voordeel dat door de nauwkeurigere bestraling kan worden bereikt, is een afname in de toxiciteit van de omliggende organen/weefsels, met tevens daardoor de mogelijkheid tot een hogere dosis.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2014;11:13–9)