Articles

Nieuwe tumortype-agnostische behandeling voor patiënten met NTRK-genfusie

NTVO - 2020, nummer 7, november 2020

prof. dr. C.M.L. van Herpen , prof. dr. K. Grünberg , dr. P. Evers , prof. dr. J.G.J.V. Aerts , dr. J.H.M. Merks , prof. dr. H. Morreau , dr. M.L. Wumkes , prof. dr. W.N.M. Dinjens , prof. dr. M.J.L. Ligtenberg , dr. H.W. Kapiteijn

SAMENVATTING

De ontdekking van oncogene fusies van ‘neurotrophic tropomyosin-related kinase’ (NTRK)-genen heeft geleid tot de ontwikkeling van TRK-remmers, gericht tegen de eiwitten waarvoor deze fusiegenen coderen. NTRK-genfusies komen voor bij tal van tumortypen in een prevalentie variërend van minder dan 1% bij veelvoorkomende tumortypen tot meer dan 90% bij enkele zeldzame tumortypen. Larotrectinib is de eerste TRK-remmer met goedkeuring van de ‘European Medicines Agency’ (EMA) voor de behandeling van volwassen en pediatrische patiënten met solide tumoren die een NTRK-genfusie vertonen. Entrectinib, dat naast het TRK ook het ROS1- en ALKreceptorkinase als doelwitten heeft, is recentelijk goedgekeurd door de EMA. In dit artikel worden de biologische basis voor de toepassing van TRK-remmers bij kanker en de belangrijkste klinische karakteristieken van larotrectinib en entrectinib bij patiënten met oncogene NTRK-genfusies beschreven.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2020;17:275-80)

Lees verder

Moleculaire tumorboards als instrument om de toepassing van moleculaire diagnostiek voor patiënten met kanker te optimaliseren: een kwalitatief onderzoek naar de ervaringen, uitdagingen en ambities van zorgprofessionals en patiënten

NTVO - 2019, nummer 7, november 2019

drs. A.E.C.A.B. Willemsen , dr. S. Krausz , prof. dr. M.J.L. Ligtenberg , prof. dr. K. Grünberg , prof. dr. H.J.M. Groen , prof. dr. E.E. Voest , prof. dr. E. Cuppen , prof. dr. C.M.L. van Herpen , prof. dr. H.W.M. van Laarhoven

SAMENVATTING

Vanwege technologische vooruitgang in moleculaire tumordiagnostiek en een toename in het aantal doelgerichte therapieën, zijn moleculaire tumorboards (MTB’s) opgezet om deze gegevens te interpreteren en klinische aanbevelingen te doen. Niet alle kankerpatiënten hebben toegang tot moleculaire diagnostiek en advies van een MTB. Dit onderzoek bestudeert de uitdagingen waar MTB-deelnemers mee te maken hebben, met als doel om in de toekomst de toegang tot MTB’s en de door hen geadviseerde medicatie te optimaliseren. Verschillende belanghebbenden in Nederland werden geïnterviewd over hun ervaringen met een MTB. Het betreft een kwalitatief onderzoek op basis van ‘template analysis’. De meeste professionals in de gezondheidszorg in de oncologie en de patiëntenfederatie onderstrepen het belang van een MTB, omdat dit biologische aanwijzingen kan leveren voor rationele behandelmogelijkheden, optimale deelname aan klinische onderzoeken en interdisciplinaire kennisoverdracht. Zorgverzekeraars en financiële managers zijn bezorgd over de toenemende kosten. Registraties om het klinische voordeel van MTB’s te beoordelen, richtlijnen voor kwaliteitscontrole, financiële overeenkomsten en logistieke middelen ontbreken. Concluderend kunnen MTB’s een belangrijke impact hebben op de patiëntenzorg, maar de nationale organisatie en coördinatie van MTB’s en een register van moleculaire en klinische gegevens zijn belangrijke aandachtspunten.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2019;16:264–70)

Lees verder

Nefrotisch syndroom als paraneoplastisch fenomeen bij een ovariumcarcinoom

NTVO - 2015, nummer 1, february 2015

drs. M.M. Visser , drs. A. Neradova , prof. dr. K. Grünberg , dr. C.J. van Groeningen

Samenvatting

Achtergrond: Het nefrotisch syndroom wordt meestal gezien bij primaire nieraandoeningen of secundair aan systeemziekten. Veel minder vaak komt het voor als paraneoplastisch verschijnsel.

Casus: Een 71-jarige vrouw wordt opgenomen in verband met gegeneraliseerd oedeem. Het laboratoriumonderzoek toont hypoalbuminemie en forse proteïnurie als uiting van een nefrotisch syndroom. Het nierbiopt toont geringe mesangiale sclerose. Echografie van de buik laat normale nieren zien en daarnaast beiderzijds een ovariumtumor. Een cytologische punctie van een pathologische lymfeklier bevestigt het vermoeden van een ovariumcarcinoom. Er wordt gestart met 4 kuren chemotherapie (carboplatine en paclitaxel) gevolgd door complete interval ‘debulking’ chirurgie en 3 kuren chemotherapie met dezelfde middelen. Na het afronden van de behandeling is het nefrotisch syndroom verdwenen.

Conclusie: Het nefrotisch syndroom is in 10% van de gevallen geassocieerd met een maligniteit. Wees hierop bedacht wanneer patiënten zich presenteren met het nefrotisch syndroom.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2015;12:19–22)

Lees verder