Articles

Adjuvante behandeling met nivolumab bij residuale ziekte na chemoradiatie en resectie van het oesofaguscarcinoom

NTVO - jaargang 19, nummer 4, juni 2022

dr. A.J. de Graan , dr. N. Haj Mohammad

SAMENVATTING

De incidentie van carcinoom van de oesofagus (inclusief oesofagus-maagovergang) stijgt fors de afgelopen jaren en lag op bijna 3.100 nieuwe gevallen in 2020.1 Patiënten met een lokaal gevorderd adeno- en plaveiselcelcarcinoom (T1N1M0 en T2-3-N0-3M0) van de oesofagus komen in aanmerking voor neoadjuvante chemoradiatie (41,4 Gy in 23 fracties) met 5x wekelijks carboplatine AUC2 en paclitaxel 50 mg/m2 als ‘radiosensitizer’ (CROSS-schema), gevolgd door resectie.2 Helaas krijgt een groot deel van deze patiënten een recidief. Dit risico is vooral verhoogd bij patiënten die geen complete pathologische respons hebben na neoadjuvante chemoradiatie en resectie (ongeveer 75%).3 Tot op heden bestond er geen zinvolle adjuvante therapie na het CROSS-schema gevolgd door resectie. De CheckMate-577-studie onderzocht of adjuvante behandeling met de checkpointremmer nivolumab dit recidiefrisico kan verlagen.
(NED TIJDSCHR ONCOL 2022;19:171–2)

Lees verder