Articles

Laterale halscysten: niet altijd onschuldig

NTVO - 2020, nummer 8, december 2020

drs. S.J.G. Leeuwerke , prof. dr. J.L.N. Roodenburg , dr. W. Kelder

SAMENVATTING

Deze twee casus beschrijven patiënten bij wie het klinisch beeld leek op een laterale halscyste, maar bij wie sprake bleek van een cysteuze halskliermetastase van een orofaryngeaal plaveiselcelcarcinoom. Hoewel het klinisch beeld vaak lastig te onderscheiden is, moet men bij laterale halscysten vooral bedacht zijn op maligniteit bij patiënten ouder dan 40 jaar met of zonder risicofactoren zoals roken en overmatig alcoholgebruik. Tijdige herkenning is essentieel om een in opzet curatieve behandeling te kunnen uitvoeren. Diagnostiek bestaat uit uitgebreid lichamelijk onderzoek van het hoofd-halsgebied, gevolgd door echografie in combinatie met cytologische punctie uit het solide deel of de wand van de cyste. Bij een sterke verdenking of bewezen maligniteit in de hals, is FDG-PET/CT aangewezen om de primaire tumor te kunnen opsporen. Bij een negatieve uitslag van de FDG-PET/CT, wordt een panendoscopie met blinde biopten (of gerichte biopten bij een afwijkend aspect) van de tonsilregio en de tongbasis verricht, dan wel uni- of bilaterale tonsillectomie. Bij verdenking op een halskliermetastase dient vroege verwijzing plaats te vinden naar een hoofd-halsoncologisch centrum.

(NED TIJDSCHR ONCOL 2020;17:309-14)

Lees verder