Trofoblastziekten

Ziektebeeld

Wat zijn trofoblastziekten?

Onder de verzamelnaam trofoblastziekten vallen aandoeningen die zijn ontstaan in de trofoblast. Trofoblastcellen vormen de placenta tijdens een zwangerschap. Jaarlijks worden er in Nederland ongeveer 120 vrouwen gediagnosticeerd met een trofoblastziekte.

Er zijn verschillende soorten trofoblastziekten:

  • Molazwangerschap (mola hydatidosa, gestationele trofoblastaire ziekte)
    • een complete molazwangerschap
    • een gedeeltelijke molazwangerschap
  • Post-mola gestational trophoblastic neoplasia
    • een choriocarcinoom
    • placental site trophoblastic tumor (PSTT)
    • epitheloïde trofoblast tumor

Een choriocarcinoom, placental site trophoblastic tumor en epitheloïde trofoblast tumor worden gezien als een vorm van kanker. Deze vormen van kanker zijn zeer zeldzaam. Een gedeeltelijke mola hydatidosa kan zich ontwikkelen en uiteindelijk uitgroeien tot kanker.

Bij een molazwangerschap is er sprake van een verkeerde celdeling. Dit komt bij een complete molazwangerschap door een teveel aan DNA van de vader. Hierdoor is er geen DNA van de moeder aanwezig. Deze zwangerschap is te herkennen aan blaasjes worden veroorzaakt door vocht van de placentavlokken. Bij een gedeeltelijke molazwangerschap is er een teveel aan DNA van de vader, maar er is wel DNA van de moeder aanwezig. Dit leidt tot een te grote hoeveelheid chromosomen.  Dit leidt wel toch een vrucht in de baarmoeder, maar die is meestal niet levensvatbaar.

Trofoblastcellen produceren humaan choriogonadotrofine (hCG); een hormoon dat tijdens de zwagerschap wordt geproduceerd. Wanneer dit na een molazwangerschap niet terugkeert naar een normale waarde, is er sprake van post-mola gestational trophoblastic neoplasia (persisterende trofoblast). Dit gebeurt ongeveer bij 15 procent van de molazwangerschappen.

Er zijn drie vormen van persisterende trofoblast: choriocarcinoom, PSTT en epitheloïde trofoblast tumor. Een choriocarcinoom is aan tumor van trofoblastcellen waarbij hCG niet naar normale waarden terugkeert. De spieren en bloedvaten van de baarmoeder bevatten hierdoor bloedingen en vertonen afsterven van weefsel. Ook staat deze tumor erom bekend dat deze uit kan zaaien naar onder andere de longen, hersenen en de lever. Het komt niet alleen na een molazwangerschap voor, maar ook bij andere  soorten zwangerschappen of bijvoorbeeld miskramen.

PSTT zijn zeldzame tumoren die voornamelijk voorkomen op de plaats waar de placenta zich aan de baarmoeder hecht. Deze cellen groeien vervolgens door de spierlaag van de baarmoeder en er is sprake van doorgroei in de bloedvaten. Deze tumoren produceren te weinig hCG.

Ook epitheloïde trofoblast tumoren produceren te weinig hCG. De tumoren groeien relatief langzaam, en de tumorcellen lijken op kankercellen bij een plaveiselcarcinomen. Deze gezwellen  kunnen tot vele jaren na een zwangerschap worden vastgesteld. Ongeveer 30 procent van de tumoren zaait uit, en de tumoren vertonen een zeer breed spectrum van klinische kenmerken.

Symptomen

Vrouwen met een te hoge concentratie hCG ( molazwangerschap) kunnen last hebben van de onderstaande symptomen:

  • Zwangerschapsklachten, bijvoorbeeld misselijkheid en braken
  • Te snel werkende schildklier
  • Zwangerschapsvergiftiging
  • Bloedarmoede

Oorzaak

Er is geen directe oorzaak voor het ontstaan van trofoblastziekten aan te wijzen. Ook zijn er geen risicofactoren bekend die de kans op het ontstaan van deze aandoeningen kan vergroten.

Diagnose

Mocht de huisarts of verloskundige vermoeden dat er sprake is van een trofoblastziekte, dan zal die de patiënt doorverwijzen naar een gynaecoloog. Deze zal een echo maken om te kijken of er indicaties zijn voor een van deze aandoeningen. Vervolgens zal de gynaecoloog uitwending onderzoek verrichten, waarbij onder andere wordt gevoeld of de baarmoeder vergroot is. Ook vindt er vaak inwendig onderzoek plaats. Dit bestaat uit een onderzoek van de vagina en de baarmoedermond. Ook kan er een inwendige echo worden uitgevoerd zodat de eierstokken en baarmoeder in beeld kunnen worden gebracht. Dit wordt ook wel een transvaginale echo genoemd. Daarnaast kan er ook nog bloedonderzoek verricht worden.

Als de diagnose is gesteld, kan het zijn dat er nog aanvullende onderzoeken nodig zijn om te kijken hoe ver de ziekte is gevorderd. Dit kunnen een longfoto, CT-scan of MRI-scan zijn.  De aandoeningen worden in 4 stadia onderverdeeld:

  • Stadium I: de aandoening bevindt zich alleen nog in de baarmoeder
  • Stadium II: de trofoblastziekte is uitgebreid tot ook buiten de baarmoeder, maar beperkt zich tot de geslachtsweefsels.
  • Stadium III: de gezwellen hebben zich verspreid tot aan de longen. Dit kan met of zonder aantasten van de geslachtweefsels.
  • Stadium IV: er zijn kankercellen gevonden in overige organen van het lichaam.

Behandeling

Wanneer de specialist heeft vastgesteld dat er sprake is van een trofoblastziekte, zal een team van specialisten een behandelplan opstellen. Dit plan is afhankelijk van het type aandoening,  de locatie en het stadium van de mogelijke kanker. Er zijn verschillende soorten behandelingen mogelijk:

  • Curettage
    • Bij zowel een complete als een gedeeltelijk molazwangerschap bestaat de behandeling uit een vacuümcurettage. Hierbij wordt de baarmoedermond opgerekt en de baarmoeder leeggezogen. Tijdens deze curettage kan meer bloedverlies optreden dan bij een normale miskraam.
  • hCG-controle
    • als de patiënt een molazwangerschap heeft gehad, moet wekelijks de hCG-concentratie worden bepaald totdat die terug is gekeerd naar de normale waarde. Wanneer er normalisatie is opgetreden, moet gedurende een half jaar maandelijks de hCG-waarde worden gecontroleerd.
  • Baarmoeder verwijderen
    • De arts kan overwegen bij een patiënt die ouder is dan 40 en geen kinderwens meer heeft, om de baarmoeder in zijn geheel te verwijderen. Dit zal altijd worden overlegd met de patiënt.
    • Omdat PSTT tumoren vaak niet gevoelig zijn voor chemotherapie, kan er ook dan worden gekozen voor een verwijdering van de baarmoeder.
  • Chemotherapie
    • Deze behandeling wordt voornamelijk gebruikt bij patiënten met een persisterende trofoblastziekte. Bij een laag risico tumor bestaat dit meestal uit een soort chemo, maar bij een hoog risico wordt er meestal combinatie van verschillende soorten chemo geadviseerd. Er is sprake van een hoog-risico tumor wanneer er uitzaaiingen zijn gevonden in de lever of hersenen, de tumor ontstaat voorafgaand een voldragen zwangerschap, niet reageert op chemotherapie of wanneer de behandeling 12 maanden na de curettage start.

Aanvullende info

Patiëntenvereniging

Ziektebeeld

Symptomen

Oorzaak

Diagnose

Behandeling

Patiëntenvereniging

Links